Bodem en wijn. Deel 1: granietbodems
- Geplaatst op
- Door Jerry Heezen
- 0
Perswijn is een van de mooiere vakbladen van Nederland op wijngebied. Auteur Lars Daniel MV neemt elke editie (8 delen) een ander type bodem onder de loep en bespreekt de invloed op de wijn. Voor mij een reden om deze artikelen eens te toetsen aan ons assortiment.
Deze keer staat graniet centraal. Graniet ontstaat door het stollen van Magma in de aardkorst. Op sommige plekken breekt het graniet door de aardkorst of verdwijnen de bovenlagen door erosie. Veel wijnbouwers zoeken deze plekken op voor de wijnbouw. Het Oostenrijkse Wachau, de Elzas, de Beaujolais, de Noordelijke-Rhône, het Spaanse Rias Baixas en het Portugese Dao zijn een aantal gebieden waar wijnbouw op granietbodems plaatsvindt.
Het zijn arme, stenige bodems met vaak een zanderige toplaag. Juist om deze reden is graniet zeer geschikt voor kwaliteitswijnbouw. Een druivenstok heeft namelijk een bepaalde ‘stress’ nodig om optimaal fruit te leveren voor de wijnbouw. De stokken staan vaak op een dunne toplaag van verweerd en zanderige materiaal. Toch kan de plant goed wortelen door scheuren in de onderliggende granietlaag. Door deze scheuren kan het ook de nodige mineralen en dieptewater naar boven halen om te overleven.
Karakter van ‘granietwijnen’
Door de beperkte hoeveelheid water en stikstof in graniet houdende bodems, neigen de druiven eerder naar de rijpingsfase te gaan en neemt de zuurgraad af. Dit zorgt er voor dat granietbodems minder geschikt zijn voor het maken van aromatische en stuivende witte wijnen. Graniet geeft witte wijnen met veel structuur, zonder dat ze dik en log worden. Voor rode wijnen levert het serieuze wijnen op met veel kleur en een krachtige taninestructuur, denk bijvoorbeeld aan Hermitage en Côte-Rotie.
De smaak en invloed van bodems blijft ontzettend moeilijk te duiden. Dit is sterk afhankelijk van het gebied en het klimaat. In Duitsland zeggen ze dat de wijnen juist wel goed waarneembare zuren hebben, in Condrieu zijn de Viogniers ‘zoutiger’ van granietbodems en in de Elzas vindt men de Riesling van granietbodems vaak wat rank en sneller op dronk dan van kalk en klei. Lars Daniel stelt dat wijnen van granietbodems heel puur zijn, fijn aromatisch en zelden zwaar.
Graniet en Boonstoppel Wijnen
Zelf ben ik het vooral met de laatste opmerking van Lars Daniel eens: zelden zwaar. Dat werd weer eens duidelijk tijdens ons bezoek aan Domaine Serol. Domaine Serol ligt in de Cote Raonnaise, het zuidelijkste puntje van de Loire, waar ze Gamay (rood), Chenin Blanc (wit) en Viognier (wit) maken. Vooral de Viognier sprong eruit door echt anders te zijn dan Viognier uit andere wijngebieden. Wel de kenmerkende aromatische neus, maar een mooie droge, krachtige en bijna mineralige afdronk. Helaas was alles uitverkocht en kunnen we pas de volgende jaargang kopen.
Bezoek Domaine Serol (maart 2018) | In de wijngaarden bij Casa da Passarello (maart 2017) |
Een ander voorbeeld van karakteristieke ‘graniet’-wijnen zijn de wijnen van Casa da Passarella uit Dao, Portugal. In de rode wijnen proef je het granietgruis bijna terug in de wijn. Het geeft de wijnen bijzonder veel structuur en een mooie ‘boersheid’. Het levert geen wijnen op die voor iedereen zijn weggelegd, maar des te interessanter voor de liefhebber. Zeker voor degene die interesse hebben (gekregen) in granietbodems!
Klik hier voor de wijnen van Domaine Serol
Klik hier voor de wijnen van Casa da Passarella
Reacties
Wees de eerste om te reageren...